Touwtje
o. (-s), stukje, eindje touw : heb je niet een touwtje voor me? — in ’t bijz. 1. eindje touw waaraan men iets vast heeft of meevoert: die gaat wandelen met zijn vrouwtje, loopt als een hond aan een touwtje ; vand. de zegsw. men heeft het aan geen touwtje, men heeft het niet in zijn macht ; iem. aan het touwtje hebben, aan het lijntje, i...