Toerusten
(rustte toe, heeft toegerust), 1. iets of iem. voorzien van wat nodig is voor een bep. doel: zich voor een reis toerusten; een leger toerusten, van voedsel en uitrusting voorzien; zich ten strijde toerusten, wapenen; — toegerust met, voorzien van: toegerust met de vereiste technische kundigheden; fabriek...