Wat is de betekenis van tippelen (I)?

2025-07-28
Mokums woordenboek

Ditte Simons en Hans Heestermans (2014)

tippelen (I)

(< Jidd. tippel < Hebr. tippol, jij zal vallen), struikelen, vallen (alleen fig.): Als Pooter tippelt, moeten er meer over den kop, CANTER 1, 13.

Gerelateerde zoekopdrachten