Wat is de betekenis van timbal?

2025-07-27
Indonesisch Nederlands woordenboek

W. J. S. Poerwadarminta en dr. A. Teeuw (1950)

timbal

opwegend (tegen); (ber)timbal balik, 1 van, (aan) weerskanten; wederzijds; dubbel; 2 †, onderste boven; setimbal, in evenwicht, evenredig, op wegend -> (se)timbang; bertimbal, 1 met ’n tegenhanger, weerga; 2 aan weerskanten van; menimbal(i), op wegen (tegen), beantwoorden (aan); als tegenhanger, (tegenspeler) optreden (voor, tegen); timbalan,...

2025-07-27
Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

timbal

keteltrom, pauk.

2025-07-27
Spaans woordenboek (SP-NL)

Dr. C.F.A. van Dam (1948)

timbal

m. pauk, keteltrom; pasteivormpje, timbale.