Wat is de betekenis van tigste?

2025-07-27
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

tigste

(1994) (inf.) zoveelste: 'voor de tigste keer'. Kijk ook onder tig*. • Bij de opening van de tentoonstelling treffen de vrienden van de kunstkring elkaar voor de tigste keer. (Trouw, 26/10/1994) • 'Mijn bronnen vertelden me dat het juist weer wat beter ging met Frank', zegt hij voor de tigste keer als een televisieploeg poolshoogte komt...

2025-07-27
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

tigste

tigste - Rangtelwoord 1. (informeel) zoveelste Woordherkomst afgeleid van tig met het achtervoegsel -ste

2025-07-27
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

Gerelateerde zoekopdrachten