Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)
partijdige scheidsrechter. scheidsrechter die bewust in het voordeel fluit van de thuisspelende ploeg. Ook als scheldwoord gebruikt. Voorbeelden: Alles ging goed, totdat 'scheids' Hiek Grootendorst op het voetbalveld werd uitgemaakt voor 'thuisfluiter'. Geen bijzondere vogelsoort, maar het verwijt dat hij z...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Marc De Coster (2017)
Thuisfluiter - scheidsrechter die in zijn beslissingen dikwijls de thuisclub bevoordeelt. Vernederlandsing van de Eng. term home referee.
Instituut voor de Nederlandse taal (2008)
thuisfluiter, scheidsrechter die bewust in het voordeel fluit van de thuisspelende ploeg. Ook als scheldwoord gebruikt.
Instituut voor de Nederlandse taal
Thuisfluiter, scheidsrechter die bewust in het voordeel fluit van de thuisspelende ploeg.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
