Termin
termijn, gezette tijd; zittingsdag (v. rechtbank); morgen ist Termin, morgen komt de zaak voor (rechtbank); Termin haben, gedagvaard zijn.
Dr. H. W. J. Kroes (1951)
termijn, gezette tijd; zittingsdag (v. rechtbank); morgen ist Termin, morgen komt de zaak voor (rechtbank); Termin haben, gedagvaard zijn.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: