Tandwerk
o., de tanden van een rad enz.: het tandwerk van een machine: — alles wat tandswijze gemaakt is : de stoep is met tandwerk geklinkerd; — snijwerk met tanden, in driehoeken met zijden van ongelijke helling eindigend.
Van Dale Uitgevers (1950)
o., de tanden van een rad enz.: het tandwerk van een machine: — alles wat tandswijze gemaakt is : de stoep is met tandwerk geklinkerd; — snijwerk met tanden, in driehoeken met zijden van ongelijke helling eindigend.
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Jozef Verschueren (1930)
('tant) o. 1. [werk, het gewrochte] wat tandswijze gemaakt is. 2. [werk, samenstel] gezamenlijke tanden van een gebit.
J.H. van Dale (1898)
Tandwerk - o. gebit; — getand werk, de tanden van een rad enz. : het tandwerk eener machine; — alles wat tandswijze gemaakt is: de stoep is met tandwerk geklinkerd; — snijwerk met tanden; ...WIEL, o. (-en), tandrad; ...WISSELING, v. (-en), het wisselen der eerste tanden; ...WORTEL, m. (-s), punt in het tandvleesch, waar de tand...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: