Wat is de betekenis van tamboering?

2025-07-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Tamboering

v. (-en), (Zuidn.) 1. het tamboeren; — 2. ransel, slaag: (een) tamboering krijgen.

2025-07-25
Vlaams-Nederlands woordenboek

Peter Bakema (2003)

tamboering

(de, -en) pak slaag.

2025-07-25
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

tamboering

(‘boering) het → tamboeren.

Gerelateerde zoekopdrachten