tafelhoer
(1620) (oorspr. zeem.) vrouw die de klanten dure drankjes voor haar laat halen en in de plaats enkel illusies geeft; vrouw die zich gedraagt als een hoer, mannen voortdurend uitdaagt, maar de gevolgen daarvan niet aanvaard (geen seksueel contact wil). Vgl. allumeuse*. • Wagt U van mode-fikske heeren, en boeren, want 't zyn niet anders als taf...