Wat is de betekenis van süper?

2025-07-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Super

(Lat.), voorz. en bw., over, boven, zeer; in samenst. om een zeer hoge graad van het genoemde aan te duiden : superfijn; een superschurk e.d.

2025-07-28
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

super

(1986) (jeugd) geweldig; fantastisch. • Deze band klinkt inderdaad super.... (Vinyl, juni 1986) • Jij bedenkt een superfeest en DDD betaalt. (Club, april 1987) • ... dit superruige, ietwat bombastische nummer. (Hitkrant, augustus 1987) • Allereerst wil ik zeggen dat ik Popfoto helemaal te wauw, gaaf, te gek en super vind. (le...

2025-07-28
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

super

super - Zelfstandignaamwoord 1. benzine met een octaangetal hoger dan 95, superbenzine 2. grote winkel met een brede keus uit producten die je dagelijks nodig hebt super - Bijvoeglijk naamwoord 1. (informeel) geweldig Woordherkomst zelfstandig naamwoord [1] (verkorting) van superbenzine [2] (verkorting)...

2025-07-28
Wielerwoordenboek

Fons Leroy en Wim van Rooy (2010)

super

super: in topconditie, in topvorm. Soms volstaat 'super' niet, dan is men megasuper of keisuper. Het is de taal van de subcultuur.

2025-07-28
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Super

I bw en vz [Lat.; vgl. Gr. huper, zie hyper-] boven, over; in samenstellingen om zeer grote soort (bijv.: supertanker) of zeer hoge graad (bijv.: superfijn) aan te geven; II zn verkorte vorm van superbenzine, z.a.

2025-07-28
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Super

brandstof; geweldig

2025-07-28
Kerkelijk woordenboek

Professor mag. dr. J.B. Kors o.p. (1967)

Super

afzonderlijk en in samenstellingen gebruikt, beteekent „boven”, „over”, in tegenstelling met „sub” onder.

2025-07-28
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

super

oor, bo; heerlik; voortreflik.

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-28
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Super

over, boven