Wat is de betekenis van Strooplust?

2025-07-26
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Strooplust

m., lust om te stropen, te roven.

2025-07-26
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

strooplust

('stro:p) m. lust om te stropen.

2025-07-26
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Strooplust

Strooplust - m. lust om te stroopen, te rooven.

Gerelateerde zoekopdrachten