STORMHOED
m. (-en), 1. (hist.) eenvoudige helm zonder vizier, kin- of nekstuk, doch meestal met een rand ; helmhoed ; 2. (plantk.) ben. voor de monnikskap (Aconitum).
Van Dale Uitgevers (1950)
m. (-en), 1. (hist.) eenvoudige helm zonder vizier, kin- of nekstuk, doch meestal met een rand ; helmhoed ; 2. (plantk.) ben. voor de monnikskap (Aconitum).
Getty Research Institute (1990)
stormhoed - Open helmen van ijzer of staal, met een horizontale of naar beneden aflopende brede rand rondom, soms met een oogspleet. Ze werden van de 12e tot de 17e eeuw gedragen door de infanterie en belegerende krijgsmachten, minder vaak door ridders.
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: