Wat is de betekenis van Stoomwet?

2025-07-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

STOOMWET

v., wet van 15 April 1896, gewijzigd 22 Juni 1914, regelende het toezicht op het gebruik van stoomwerktuigen.

2025-07-28
Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Stoomwet

Aangezien het gebruiken van ondeugdelijke stoomtoestellen grote gevaren oplevert, zowel voor omwonenden en voorbijgangers als voor de arbeiders, met de bediening daarvan belast of in de onmiddellijke nabijheid werkzaam, is de Nederlandse wetgever reeds vroeg te rade gegaan om door voorschriften omtrent keuring van stoomtoestellen, die in werking ge...

2025-07-28
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

stoomwet

v. (wet tot regeling van het rijkstoezicht op stoommachines inz. stoomketels).

2025-07-28
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Stoomwet

(in Nederland). Deze wet (15 April 1896, Stbl. nr. 69, gewijzigd bij wet van 22 Juni 1914, Stbl. 263, en bij wet van 2 Juli 1928, Stbl. 219) geeft regeling van het toezicht op het gebruik van stoomtoestellen en bedoelt daarmee de gevaren te voorkomen, die wegens den grooten druk en de hooge temp. van den stoom kunnen ontstaan. Deze wet onderscheidt...

2025-07-28
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

stoomwet

('sto:m) v. (-ten) wet regelende het toezicht op het gebruik van stoomtoestellen.

Gerelateerde zoekopdrachten