stippelijk
bn., bw., stipt, punctueel, precies. Meester, U bent veel te stippelijk. - Etym.: Veroud. AN stiptelijk (bw.) = id.; van ‘stipt’.
J. van Donselaar (1936)
bn., bw., stipt, punctueel, precies. Meester, U bent veel te stippelijk. - Etym.: Veroud. AN stiptelijk (bw.) = id.; van ‘stipt’.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: