STIJGEN
(steeg, is gestegen), (onoverg.), 1. zich langs een opgaand vlak stappend verheffen: bergop gaat de weg van het leven, wij stijgen met mannelijke moed; 2. zich door een (korte) opwaartse beweging op of in de in een bepaling genoemde zaak plaatsen: te paard, in het zadel stijgen; 3. zich met loslating van de bodem in de lucht verheffe...