STIJF
bn. bw. (...ver, -st), 1. moeilijk buigbaar: een luchtschip van het stijve type; als tijdelijke, veranderende toestand: stijve spieren, die men niet of alleen met moeite en pijn kan bewegen, inz. tengevolge van koude of een verwonding; stijve handen, door de koude; een stijve nek, a. nek verstijfd door het kou v...