Stereo-
1 [v. Gr. stereos = vast; vandaar modern voorvoegsel stereo = ruimtelijk] ruimtelijk, ruimtestereo. 2 verkorte vorm van 1 (alg.) stereofonie of stereoscopie (tegenover mono, z.a.); 3 (schoolt.) stereometrie.
A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)
1 [v. Gr. stereos = vast; vandaar modern voorvoegsel stereo = ruimtelijk] ruimtelijk, ruimtestereo. 2 verkorte vorm van 1 (alg.) stereofonie of stereoscopie (tegenover mono, z.a.); 3 (schoolt.) stereometrie.
Prof. Dr. P.H. van Laer (1949)
(Gr. stereós hard, massief; in wiskunde: ruimtelijk, van drie dimensies). Eerste lid in samenstellingen met de laatste betekenissen.
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Instituut voor de Nederlandse taal
stereo- voorv. 'ruimtelijk' Nnl. Stereometria, lichaam-metingh [1654; Woorden-schat], Stereometrie of Meet-Kunde [1740; iWNT], Stereoskopische daguerrotypen [1855; iWNT], Stereofotografie [1922; iWNT], maakt een stereofonische uitzending het mogelijk, diepte en geluidsrichting in het muzikale beeld te betre...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: