Wat is de betekenis van STELSELAAR?

2025-07-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

STELSELAAR

m. (-s), (scherts.) iem. die met een of ander stelsel of systeem zo erg ingenomen is dat hij de praktijk geheel over het hoofd ziet.

2025-07-28
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

stelselaar

m. -s; ontwerper van een of meer stelsels; spott.: man der theorie, die de practijk uit het oog verliest, kamergeleerde.

2025-07-28
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

stelselaar

('stelsəla:r) m.(-s) 1. ontwerper van een of meer stelsels. 2. Uitbr. Spot. teoreticus, kamergeleerde.

Gerelateerde zoekopdrachten