Wat is de betekenis van steevast?

2025-07-21
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

STEEVAST

bn. bw., 1. (w. g.) vast op de plaats blijvende: hij is nogal steevast, verhuist niet graag; 2. (vero., gew.) vast, bestendig; 3. bw., geregeld, volgens vaste gewoonte, altijd: die jongen komt steevast te laat, is nooit op tijd.

2025-07-21
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

steevast

steevast - Bijvoeglijk naamwoord 1. vast, onveranderbaar Ze zitten vastgeroest in de steevaste overtuiging dat het ooit nog eens gaat gebeuren. Het was mijn steevaste voornemen om nooit meer te gaan roken. steevast - Bijwoord 1....

2025-07-21
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

steevast

steevast - bijwoord uitspraak: stee-vast 1. volgens vaste gewoonte, elke keer weer ♢ Ilonka komt steevast te laat Bijwoord: stee-vast

2025-07-21
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Steevast

adj. & adv., sté-, steed-, stiif-, palfêst.

2025-07-21
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

steevast

bw.; regelmatig.

2025-07-21
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

steevast

('ste:) bn. en bw. 1. vast op de plaats blijvend. 2. regelmatig : hij komt te laat.

2025-07-21
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

steevast

bw., geregeld, volgens vaste gewoonte, altijd: die jongen komt — te laat.

2025-07-21
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

Wil je toegang tot alle 10 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-21
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)