Wat is de betekenis van steentijd?

m., praehistorische cultuurperiode waarin de mens het gebruik van metalen nog niet kende, en in hoofdzaak voor zijn wapens en gereedschappen steen gebruikte.

prehistorische periode. historische periode uit de prehistorie waarin de mens stenen voorwerpen begon te vervaardigen. Voorbeelden: Door de Foz Coa stuwdam in het noorden van het land zouden rotstekeningen uit de steentijd van vogels, paarden en andere dieren onder water verdwijnen. De Standaard, 1995 Zo kan je aan het begin...

steentijd - Zelfstandignaamwoord 1. (geschiedenis) prehistorische cultuurperiode waarin de mens uitsluitend steen gebruikte voor zijn wapens en gereedschappen Woordherkomst samenstelling van steen en tijd Synoniemen stenen tijdperk

steentijd - zelfstandig naamwoord uitspraak: steen-tijd 1. periode waarin de mens hoofdzakelijk wapens en gereedschappen van steen gebruikte ♢ in de steentijd kenden mensen nog geen metalen Zelfstandig naamwoord: steen-tijd ...

Langste tijdvak van de menselijke geschiedenis (beginnend ruim 2,5 miljoen jaar geleden in Afrika) en de eerste van de drie fasen van de prehistorie (Steentijd, Bronstijd en IJzertijd). In dit tijdperk werden werktuigen vooral gemaakt van diverse soorten steen, maar daarnaast ook van gewei, bot en hout -materialen die een veel kleinere kans hebben...

Deel van de geschiedenis waarin voorwerpen voornamelijk van steen vervaardigd werden.

Steentijd - Verwijst naar de periode en cultuur die samenvalt met het eerste tijdperk van het drieperiodensysteem dat werd ontwikkeld door Christian Jürgensen Thomsen in 1836. Het is een fase in de ontwikkeling van mensachtigen, of een fase van een prehistorische menselijke cultuur die zich kenmerkt door de ontwikkeling van stenen gereedschap...

voorhistorische tijd tot ongeveer 2000 v. Chr., de tijd waarin de oermensen hun gerei en werktuigen (behalve uit hout, botten en huiden) uit steen vervaardigden. De wetenschap maakt een onderscheid tussen de Oudere, de Midden en de Jongere Steentijd (respectievelijk: Paleolithicum, Mesolithicum en Neolithicum). De Oudere Steentijd (tot 12 000 v. Ch...

(oude, midden, nieuwe). Z. Vuursteen en Z. Hoofdstuk IV.