spurtbom
spurtbom: sprintkanon.
Marc de Coster (2009)
Sterke sprinter met een explosieve stijl. Wielerminnend België had het er moeilijk mee telkens Johan Museeuw zich tijdens de aanhef van het seizoen ’93 zeer nadrukkelijk ten dienste stelde van zijn ploegmaat en spurtbom Cippolini. (Patrick Cornillie: De eeuw vóór Museeuw. 100 jaar wielrennen in West-Vlaanderen. 1997) Na een laatste blik op de gene...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Jan Luitzen (2009)
(de; -men) - renner die met explosieve kracht kan sprinten • Met een pantersprong hield Tom Boonen in de Tour van 2004 op de Champs-Elysées alle spurtbommen achter zich. (Philip Hoorne in MUUII)
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: