SPRINGEN
(sprong, heeft en is gesprongen), 1. zich door een afzet van de voeten met kracht in de hoogte verheffen; — als een wijze van zich te verplaatsen of voort te bewegen: te paard springen; hij sprong van het ene schip op het andere; de kat springt op de muis, de tijger op zijn prooi; — (Zuidn.) de wereld springt op...