Wat is de betekenis van sprankje?

2025-07-27
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

SPRANKJE

o. (-s).

2025-07-27
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

sprankje

sprankje - Zelfstandignaamwoord 1. opflikkering, vonkje Dat gaf hem weer een sprankje hoop. Verwante begrippen sprankelend, sprankelen

2025-07-27
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Sprankje

s.n., tûkel, tûkeltsje (it).

2025-07-27
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)