SPINROKKEN
o. (-s), 1. stok waarop bij het spinnen met de hand het te bewerken materiaal wordt gestoken. 2. op de onder 1. genoemde stok gestoken hoeveelheid vlas of wol.
Van Dale Uitgevers (1950)
o. (-s), 1. stok waarop bij het spinnen met de hand het te bewerken materiaal wordt gestoken. 2. op de onder 1. genoemde stok gestoken hoeveelheid vlas of wol.
Hans Heestermans (1977)
spinrokken - vrouwelijk geslachtsdeel; eig. ‘onderdeel van een spinnewiel’ en vervolgens ook gebruikt als 180 symbool voor de vrouwelijke sexe. Zie een citaat onder spil.
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
M. J. Koenen's (1937)
o. spinrokken (stok, waaromheen op het spinnewiel het vlas of de wol zit, dat of die men spinnen wil).
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: