SPEELKAART
v. (-en), kaart van een gezelschapsspel, inz. van een kaartspel.
Wiktionary (2019)
speelkaart - Zelfstandignaamwoord 1. een kartonnen of plastic kaart uit een kaartspel, om mee te spelen Woordherkomst samenstelling van speel(werkwoord) en kaart Verwante begrippen aas, boer, vrouw, heer, schoppen, ruiten, harten, klaveren, joker
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
M. J. Koenen's (1937)
v. speelkaarten (kaart van een gezelschapsspel; een der kaarten van een kaartspel): Franse speelkaarten.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
v./m. (-en), kaart van een gezelschapsspel, m.n. van een kaartspel. (e) De oudste Chinese en Japanse kaartspelen telden 78 of 52 verschillende kaarten; van deze is het spel met 52 (4 x 13) bladen het sterkst in Europa verbreid. De Chinezen en Japanners beschilderden houten blokjes met figuren; de Italianen stukjes leder in goud en kleuren. De toepa...
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: