Wat is de betekenis van spat, vocht?

2025-07-27
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

spat, vocht

v./m. (-ten), 1. af- of opspringend deeltje van vocht, slijm, gesmolten metaal enz.: vlek die zo’n deeltje geeft, modderspat; (spreekt.) geen —, niet in het minste, geen zier; 2. (zegsw.) de zetten, aan de haal gaan, hard weglopen.