Wat is de betekenis van soepelheid?

2025-07-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

2025-07-25
Fitness begrippen omschreven

Redactie Ensie (2020)

Soepelheid

De mate van bewegingen in een gewricht of groepen gewrichten. Als je soepeler bent, ben je in staat om gemakkelijk te bewegen bij dagelijkse activiteiten en te trainen zonder benauwdheid, pijn of letsel.

2025-07-25
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

soepelheid

soepelheid - zelfstandig naamwoord uitspraak: soe-pel-heid 1. lenigheid van bewegen ♢ met grote soepelheid omzeilde hij alle hindernissen 2. wat zich gemakkelijk aanpast aan de vorm ♢ door de so...

2025-07-25
Atletiek- en turnwoordenboek

Jan Luitzen (2008)

soepelheid

(de; g.mv.) GY - (van het lichaam) buigzaamheid, lenigheid. • Uiteindelijk is turnen een pure technieksport. Net zoals pianospelen kan men slechts door middel van veel herhalen een mooi resultaat verkrijgen. Soepelheid (souplesse), élégance en bewegingsstijl kunnen zich pas na veel coördinatietraining compleet ontwikkelen. (ELTER)

2025-07-25
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Soepelheid

s., linigens.

2025-07-25
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

soepelheid

v. (buigzaamheid): een gedragslijn, die vooral in soepelheid haar kracht zoekt.

2025-07-25
Woordenboek Nederlands - Marokkaans Arabisch

Jan Hoogland, Roel Otten | AUP Amsterdam Univerisity Press

Gerelateerde zoekopdrachten