Wat is de betekenis van Sobat?

2025-07-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

SOBAT

m. (-s), (Ind.) vriend.

2025-07-28
Indonesisch Nederlands woordenboek

W. J. S. Poerwadarminta en dr. A. Teeuw (1950)

sobat

P, vriend; †, vrijer; menjobat, aanpappen (met) -> sahabat.

2025-07-28
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

sobat

(19e eeuw) (< Mal.) (vaak voorafgegaan door 'ouwe') vriend. • Het is ten minste eene groote zeldzaamheid wanneer iemand eenige jaren in de Oost is geweest en niet aanhoudend spreekt van de soesah (beslommeringen) van de reis; of niet vervuld is van een perkara (geval) dat onder zijne sobats (vrienden) gebeurd is en denkt gij hem eene dienst...

2025-07-28
Jargon & Slang van Matrozen en mariniers

Marc De Coster (2017)

Sobat

Sobat - (Mal.) vriend.

2025-07-28
Verklarend woordenboek Nederlands-Indië

Pieter Johannes Veth (2003)

sobat

sobat [vriend]. Van het Arabische sahabat: vriend, via het Maleis in het Nederlands gekomen. Verbonden met ‘ouwe’ en ‘goeie’ is het veel meer in gebruik dan ons: vriend.

2025-07-28
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Sobat

vriend (Ind.)

2025-07-28
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Sobat

(Indon.) vriend, kameraad

2025-07-28
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

sobat

(B.I.) m vriend; ~ kras, intieme, dikke vriend. sobranje, v. het huis van afgevaardigden in Bulgartje. sobrietas, v. matigheid; onthouding van sterke drank. sobrieteit, v. matigheid, zuinigheid; sober-, nuchterheid. sobriquet, (Fr.) m. bijnaam, spot-, scheidnaam.

Wil je toegang tot alle 14 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-28
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

sobat

m. sobats (O.-I. vriend): sobat kras, dikke vriend; verg. soebatten.

Gerelateerde zoekopdrachten