Wat is de betekenis van Snoer (tuinbouw)?

2025-07-27
Woordenboek voor praktische kennis

Dr. L.M. Metz (1937)

Snoer (tuinbouw)

Vorm van een leiboom, bestaande uit een opgaanden stam met zijtakken naar twee richtingen, zóó dat er een soort heg gevormd wordt. Behalve het rechtstaand snoer heeft men ook schuinstaande snoeren (tegen een helling) en vlakliggende snoeren, waarbij de stam rechthoekig geknikt is.