Wat is de betekenis van snoekskelder?

2025-07-28
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

snoekskelder

(1950) (Vlaanderen, inf.) de zee. Syn.: bootsmanskist*; kabeljauwkelder*; de grote plomp*; het ruime sop*; de grote spoelkom*; de zilte* plas. Vgl. ook: de grote haringvijver*; de grote plas*. • Snoekskelder. m. De zee. (L. Lievevrouw-Coopman: Gents Woordenboek. 1950)

Gerelateerde zoekopdrachten