SNOEIGOED
o., snoepgoed.
Marc De Coster (2020-2025)
1) (1902) (Amsterdam) snoepgoed. Bijv. polkabrokken*. • Door onze propaganda is onder de diamantbewerkers het vruchten-eten meer populair geworden, maar het aantal is nog groot dat voor dat „snoeigoed" geen geld uitgeeft. (Weekblad van den Algemeenen Nederlandschen Diamantbewerkersbond, 13/06/1902) • Polkabrokken, een soort van &bd...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: