Wat is de betekenis van SNELBOUW?

2025-07-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

SNELBOUW

m., (germ.) het snelle bouwen.

2025-07-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

snelbouw

m. het snel bouwen.

2025-07-29
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

SNELBOUW

SNELBOUW - m. het snelle bouwen; ...DICHT, o. (-en), puntdicht, epigram; ...DICHTER, m. (-s).

Gerelateerde zoekopdrachten