Slem
(<Eng. slam), m. en o., (in het whist- en bridgespel) al de slagen; groot slem maken, al de slagen halen; klein slem, alle slagen op één na.
Van Dale Uitgevers (1950)
(<Eng. slam), m. en o., (in het whist- en bridgespel) al de slagen; groot slem maken, al de slagen halen; klein slem, alle slagen op één na.
Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)
score bij whist en bridge. score in het whistspel en bridgespel, wanneer alle slagen (groot slem) of op een na alle slagen (klein slem) door één speler of één partij worden gemaakt. Voorbeelden: In de eerste ronde van tien spellen speelden Mahmood-Rosenberg tegen de Amerikanen Meckstroth en Rodwell. Michae...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
drs. Toine van Hoof (2017)
Contract waarbij de leider twaalf (kleinslem) of dertien (grootslem) slagen moet maken om het te vervullen.
A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)
[Eng., slam= eig.: slag, klap (bijv. van dichtslaande deur), klanknabootsing] het halen van alle slagen (groot -) of alle op één na (klein -) bij bridge of whist.
M. J. Koenen's (1937)
o. soms m. (van Eng. to slam = eig. slaan: term bij kaartspelen): groot slem (alle slagen), klein slem (alle slagen op één na) maken.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: