Wat is de betekenis van Slaapluisjes?

2025-07-26
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Slaapluisjes

o. mv., (gew.) de slaapluizen beginnen hem te bijten, hij krijgt slaapluizen, hij krijgt slaap (elders vaakluizen).

Gerelateerde zoekopdrachten