Wat is de betekenis van sjotterik?

2025-07-25
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

sjotterik

(1934) (Barg.) gevangenbewaarder. • Glazen worden leeggedronken en glazen worden gevuld en De Koorddanser vertelt de sterkste verhalen. Hoe hij twee keer een sjotterik op z'n verdommenis is gekomen en hoe hij toen in de ijzers werd gezet in een donkere, vochtige cel met niks als droog brood en water. (Jan Campert: Die in het donker. 1934) &bu...

Gerelateerde zoekopdrachten