Sjacheraar
m. (-s), 1. iem. die minderwaardige, ongeregelde of bedrieglijke koophandel drijft (op kleine schaal); ook iem. die zijn eigendommen verkwanselt; — (w. g.) woekeraar.
Van Dale Uitgevers (1950)
m. (-s), 1. iem. die minderwaardige, ongeregelde of bedrieglijke koophandel drijft (op kleine schaal); ook iem. die zijn eigendommen verkwanselt; — (w. g.) woekeraar.
Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)
iemand die ongeregeld handel drijft. iemand die handelt drijft in minderwaardige of ongeregeld verkregen of aangeboden goederen, vaak tegen een dubieuze prijsstelling. Voorbeelden: Nu was markt veel gezegd want in feite betrof het weinig meer dan door sjacheraars op de grond van een vervallen industrieterrein uitgestalde koopwaar die...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Wiktionary (2019)
sjacheraar - Zelfstandignaamwoord 1. (Jiddisch-Hebreeuws) iemand die minderwaardige handel drijft Woordherkomst Herkomst: Bargoens Naamwoord van handeling van sjacheren met het achtervoegsel -aar Verwante begrippen sjacheren
Muiswerk Educatief (2017)
sjacheraar - zelfstandig naamwoord uitspraak: sjag-ge-raar 1. iemand die op een onfatsoenlijke manier handel drijft ♢ die sjacheraar heeft zijn klanten zwaar opgelicht Zelfstandig naamwoord: sjag-ge-raar de sjacheraa...
Ditte Simons en Hans Heestermans (2014)
iem. die minderwaardige, onregelmatige of bedrieglijke handel verricht: Ik reed op een dag met een onzer prominentste sjaggeraars in huizen en grond ... naar een object ergens in Oost. Er waren nog twee mannen bij, kennelijk verkopers van het blok huizen, dat na de koop zou worden afgebroken om plaats te maken voor een reusachtig kantoorgebouw, BOT...
Marc de Coster (2007)
iemand die minderwaardige producten verkoopt; bedrieger. Reeds opgetekend in de zeventiende eeuw. Destijds ook voor een woekeraar gebruikt.’t Lijkt wel een sjacheraar, die de 'gunst en recommandatie’ van de machthebbers zoekt voor zijn koopwaar! (Het Volk, 21/08/1910) M’n oom was ’n oude sjacheraar, ’n meubel van...
J.H. van Dale (1898)
SJACHERAAR - m. (-s), kleinhandelaar, ruilhandelaar ; woekeraar. SJACHERAARSTER, v. (-s).
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: