Wat is de betekenis van Sinking?

2025-07-25
Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

sinking

1. het (doen) zinken; 2.amortisatie; I feel a sinking of heart, ik voel mij beklemd om het hart.

2025-07-25
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Sinking

of Hsinking, hoofdstad van het in 1932 gestichte keizerrijk Mantsjoekwo. Ca. 150 000 inw. (meest Chin.). Verkeerscentrum.

2025-07-25
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Sinking

('sinking) [Chin. sin. nieuw + king. hoofdstad. nl. van het vroegere Mantsjoekwo] stad in Mantsjoerije ten O. van Moekden, 150.000 inw.