Wat is de betekenis van SIEBS, Theodor?

(Bremen 26.8.1863 - Breslau 28.5.1941). Germanist, grondlegger van de moderne Frisistiek. Hoogleraar Duits te Greifswald en Breslau. Siebs studeerde Germaanse filologie in Tübingen en Leipzig, promoveerde en habiliteerde op taalhistorische studies van het (Anglo-)Fries. Hij ontdekte in 1893 tijdens een studieverblijf in Oxford onder de stukken van...

filoloog (Bremen 26.8.1862-Breslau 28.5.1941). Hoogl. te Breslau (1902), maakte van de studie van het Fr. in al zijn tijden en vormen zijn levenstaak, legde de grondslagen van de moderne Fr. filologie. Bezocht Frl. herhaaldelijk.Zie: Levensber. Letterk. (1942), 136-139 (met bibl.); Repert., 273.

Duits Germanist (Bremen 26 Aug. 1862 - Breslau 28 Mei 1941), werd hoogleraar te Greifswald en in 1902 te Breslau. Hij was een voortreffelijk kenner van het Fries. In Silezië wijdde hij zich voorts aan de wetenschap der volkskunde.Bibl. (voorn. werken): Zur Geschichte der englisch-friesischen Sprache (1889); Westfriesische Studien (1895); Geschichte...