send
gesend, uitstuur.
Dr. F.P.H. van Wely (1951)
I. zenden, (uit)sturen, uit-, over-, af-, verzenden; jagen, schieten, slaan, gooien, trappen; these words sent him crazy (mad, off his head), maakten hem dol; the blow sent him tumbling, deed hem tuimelen; (God) send, her victorious, God make haar overwinnend; II. zenden; vooruitschieten [schip]; send one about his business, iemand de laan uitsture...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)
of seend (afgeleid van synodus), heet sedert Karel de Grote de bisschoppelijke visitatie, die jaarlijks in alle parochies van de zich decentraliserende diocesen werd gehouden. De bisschop, later de aartsdiaken, werd bijgestaan door de gouwgraaf, wereldlijk beambte, waaruit de verbinding van kerkelijke en wereldlijke zorg voor het zede...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: