Wat is de betekenis van scour?

2025-07-26
Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

scour

I. schuren, wrijven; schoonmaken, zuiveren, reinigen; aflopen, afzoeken; doorkruisen; [de zee] schoonvegen; II. snellen, vliegen, jagen; scour (about), (rond)zwerven, rondlopen; scour away, er vandoor gaan; III. het schuren.

Gerelateerde zoekopdrachten