Wat is de betekenis van SCHINGEN?

2025-07-29
Encyclopedie van Friesland

Prof. Dr. J.H. Brouwer (1958)

SCHINGEN

(Fr.: Skingen; skinge misschien waternaam). Dorp in Menaldumadeel (168 inw.). Landbouw, veeteelt. Herv. kerk. Openb. lagere school. Vroeger hier de staten Wobbema en Blaauwhuis. Geboorteplaats van Chr. Schotanus.Zie: Hepkema Memories, 70.

2025-07-29
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

schingen

schong, h. geschongen (Z.-N. gew. licht geven, glanzen): de zon schong helder.

2025-07-29
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Schingen

Dorpje in de Friesche gem. ➝ Menaldumadeel (XI 208 B2).

2025-07-29
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Schingen

Ned. dorp van de gemeente Menaldumadeel.

2025-07-29
Vivat's Geïllustreerde Encyclopedie

J. Kramer (1908)

Schingen

dorp, Menaldumadeel, Friesland.

2025-07-29
Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Schingen

dorp in Friesland, 2 uren gaans bewesten Leeuwarden; 150 inw.