Wat is de betekenis van Schaarde?

2025-07-24
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Schaarde

v. (-n), 1. kerf of breuk in het scherp van een of ander snijdend gereedschap of wapentuig; — de schaarden uitslijpen, een mes scherpen, (fig.) een gebrek verhelpen ; — al te scherp maakt schaarden, al te veel ijver deugt niet; 2. (gew.) scherf van aardewerk, steen; schaarden, scharen maken, glas of aardewerk breken.

2025-07-24
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

schaarde

v. schaarden (breuk of kerf, inz. in het scherp van een snijwerktuig; scherf): het mes is vol schaarden; de schaarden uitslijpen, fig. een gebrek wegnemen; ook, schaard.

2025-07-24
Encyclopedie voor Iedereen

John Kooy (1933)

Schaarde

breuk i/d scherpen kant v/e mes, beitel, sabel, enz., door het uitspringen v/e stukje staal.

2025-07-24
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

schaarde

v. (-n) 1. Eig. kerf in het scherp van een snijdend gereedschap: het mes is vol schaarden; een helmkrans met schaarden; al te scherp maakt schaarden of schaardig, al te veel werken bederft; de uitslijpen, ook Fig. een gebrek wegnemen. 2. Metn. Gew. scherf.

2025-07-24
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Schaarde

v./m. (-n), breuk, kerf, m.n. in het scherp van een snijwerktuig.