Schaapscheerder
m. (-s), iem. die er zijn beroep van maakt schapen te scheren.
Marc De Coster (2020-2025)
(1999) (Antwerpen) (spot.) slechte kapper. • Schaapscheerder: scheldnaam voor slechte krabber, haarkapper. Nog krasser is de uitdrukking: ‘ne coiffeur van tegen de nol!’ (Jack de Graef: Het Antwerps Dialect van dezekestijd tot in de 21e eeuw. 1999)
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Marc de Coster (2007)
(Antwerpen) slechte kapper. Schaapscheerder: scheldnaam voor slechte krabber, haarkapper. Nog krasser is de uitdrukking: ‘ne coiffeur van tegen de nol!’ (Jack de Graef, Het Antwerps Dialect van dezekestijd tot in de 21e eeuw, 1999)
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: