Wat is de betekenis van Scepticus?

2025-07-26
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Scepticus

m. ( ..ci), twijfelaar, aanhanger van het scepticisme.

2025-07-26
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Scepticus

[v. Gr. skeptikos] 1 aanhanger van het scepticisme; 2 twijfelzuchtig persoon.

2025-07-26
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Scepticus

(skepticus) twijfelaar; aanhanger van het scepticisme

2025-07-26
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Scepticus

twijfelaar; aanhanger van het scepticisme

2025-07-26
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

scepticus

m. twijfelaar, twijfelzuchtige.

2025-07-26
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

scepticus

m. sceptici (Lat. iemand, die h. scepticisme aanhangt; twijfelaar), (sc = s).

2025-07-26
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Scepticus

m. (-ci), twijfelaar, aanhanger van het scepticisme.

2025-07-26
De vreemde woorden

Fokko Bos (1914)

scepticus

scepticus - m., twijfelaar; iemand,die niets gelooft, wat niet bewezen is.

Wil je toegang tot alle 13 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-26
Etymologisch Woordenboek

Instituut voor de Nederlandse taal