Wat is de betekenis van Sapin?

2025-07-26
Frans woordenboek (FR-NL)

Dr. F.P.H. Prick van Wely (1952)

Sapin

spar; sparrenhout, vurenhout, grenenhout (ook; bois de sapin); huurrijtuig, bakje, aapje; sapin argenté (blanc), zilverspar; sapin rouge, grenenhout; sentir le sapin, met één voet in het graf staan, ten dode opgeschreven zijn.