sambut: bersambut
1 gepareerd, opgevangen; 2 (sambut pada) weerklank vinden bij; beantwoorden aan; bersambutan, in overeenstemming met, in verbinding met; beantwoorden aan; tegen elkaar in(gaan); menjambut, 1 aannemen, ontvangen; op vangen; aanpakken; 2 inhalen, verwelkomen; 3 ingaan op, pareren, reageren op; 4 bij gelegenheid van, ter ere van; sambutan, ontvang...