Wat is de betekenis van Rutschen?

2025-07-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Rutschen

(rutschte, heeft en is gerutscht), (Hd.), langs iets afglijden.

2025-07-25
Duits woordenboek (DU-NL)

Dr. H. W. J. Kroes (1951)

Rutschen

glijden, schuiven; wippen; zakken (op school); (ergens heen) wippen, reizen.

2025-07-25
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Rutschen

Rutschen - (rutschte, heeft gerutscht, langs iets afglijden.

2025-07-25
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)