Wat is de betekenis van rustpauze?

2025-07-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Rustpauze

v. (pleonasme).

2025-07-25
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

rustpauze

rustpauze - zelfstandig naamwoord uitspraak: rust-pau-ze 1. tijd waarin je even stopt met wat je deed ♢ tussen de twee wedstrijden is er een rustpauze Zelfstandig naamwoord: rust-pau-ze de rustpauze ...

2025-07-25
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)