Ritsig
bn. (-er, -st), tot paren geneigd, geil, wellustig.
ChatGPT (2023)
In sommige dialecten (zoals het Vlaams of Limburgs) wordt "ritsig" weleens gebruikt om onrustig, druk, of zenuwachtig aan te duiden. Bijvoorbeeld: - "Hij is vandaag zo ritsig, hij kan geen seconde stilzitten."
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Marc De Coster (2020-2025)
(16e eeuw) (inf.) geil, wellustig. Betekent eigenlijk: paardrift van het vee. • luxurieus, onmaatig, overdaadig, gulsig, geyl, ritsig, weeldrig, wellustig.(Adriaan Koerbagh: Een bloemhof van allerley lieflijkheyd sonder verdriet. 1668) • Mooie Burk... we binne soo ritsig! (Israël Querido: De Jordaan: Amsterdamsch epos. Deel 4: Mooi...
J.H. van Dale (1898)
Ritsig - bn. (-er, -st), tot paren geneigd, geil, wellustig. RITSIGHEID, v. paardrift, geilheid.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: